menu  

Joods Monument Arnhem
Joods Monument Arnhem

 

 

 

 

De familie Hirschel van de Brantsenstraat

Peter Jetten

 

Op 12 september 2023 werden 3 struikelstenen gelegd voor de omgekomen Joodse familie Hirschel aan de Brantsenstraat 2. Tien leden (de aangetrouwde meegeteld) werden vermoord, vier overleefden de oorlog. Het huis werd in 2004 afgebroken voor de uitbreiding van het station. Wie waren de Hirschels en waar is hun woning gebleven? We gaan terug in de geschiedenis en beginnen met de woning.


Brantsenstraat 2

Van de Brantsenstraat zijn oude foto's te vinden, ook van het afgebroken deel waar de woning stond. We zetten hieronder een paar foto's op een rijtje, waarop de woning staat afgebeeld. Ad Habets maakte een  reconstructietekening van de precieze locatie van het huis vóór de verlegging van de Amsterdamseweg en de uitbreiding van het spoor in 2004.

(Bouwblok Brantsenstraat voor de oorlog, Brantsenstraat 2-8 werd in 1999 afgebroken voor uitbreiding van het spoor, foto GA) 

(Reconstructie locatie Brantsenstraat 2 geprojecteerd op de huidige situatie, foto Ad Habets augustus 2023)

(Brantsenstraat 2 voor de sloop in 2004, huis met fiets ervoor, foto GA) 

 

De familie Hirschel

Machiel Hirschel (1874-1943) trouwde met Naatje Hirschel-Mesritz (1881-1943) op 19 juni 1907 in Amsterdam. Zij kregen zeven kinderen. De oudste vier worden geboren vóór de Eerste Wereldoorlog, jongste drie na de Eerste Wereldoolog. Hieronder een familiefoto uit 1929 met hun namen.

(familie Hirschel 1929 Brantsentraat 2 te Arnhem met hun namen, foto collectie Heleen van Haaften) 


Het gezin was orthodox Joods en woonde aan de Brantsenstraat 2 in Arnhem (sinds 1918), daarvoor aan de Emmastraat 1 (1908) en de Oeverstraat 66 (1904). De kinderen bezochten het reguliere openbaar onderwijs o.a. de Tamboersbosjeschool (1918-1999) tegenover het huis. Joodse les kregen ze op de Nederlands Israëlitische Godsdienstschool op de Kippenmarkt 1. Machiel Hirschel zat in de schoolcommissie en was van 1921-1933 thesaurier van het Nederlands Israëlitisch Kerkgenootschap in Arnhem. Ook was hij penningmeester van de 'Vereeniging Israëlietisch hulpfonds'. Het echtpaar had zeven kinderen. Rond het begin van de oorlog trouwden er vier: Sara (in 1942), Flora (in 1940), Jeannette (in 1939) en Meijer (in 1942). Drie kinderen woonden nog thuis: Jozef, Jetty en Vera.

 

Op 10 december 1942 werden ze met hun ouders opgepakt en met zijn vijven naar Westerbork gestuurd. Na al een keer ontsnapt te zijn aan een transport, werden zij later door een ‘administratieve fout’ vrijgesteld van deportatie (een ‘Sperre’). Zij mochten ‘tot nader order’ naar Amsterdam. Jozef mocht als enige niet mee, hij werd doorgestuurd naar Auschwitz en daar vermoord.

 

1. Jeannette (Betty) Bont-Hirschel (1908-1944) trouwde in 1939 met Emanuel Bont (1907-1944). Hieronder zijn zij te zien op hun huwelijksfoto.

(Huwelijksfoto Jeanette en Emanuel, foto Joods Monument)

 

2. Sara Lopes Cardozo-Hirschel (1909-1944) werkte en woonde intern als verpleegster in het Nederlandse Israëlitisch Ziekenhuis (NIZ) in Amsterdam trouwde met Lodewijk Lopes Cardozo tekenaar (1910-1945). Zij trouwden op 22 juli 1942, broer Meijer en zijn vrouw Mary waren getuigen. Zij gingen in Rotterdam wonen en kregen 1 kind: Marjolijn (1943- 1944). Er is geen foto bekend van Sara en Lodewijk en hun dochter Marjolijn.

 

3. Flora (Floor) Prins-Hirschel (1911-1943), Hiversum, begeleidster, trouwde op 3 januari 194o met Theodore Prins (1914-1943) ambtenaar opvoedkunde, werkten beiden in Berg Stichting Laren, woonden intern. Het Monument voor de Joodse Kinderen (Laren 2017) vermeldt de namen van de 48 kinderen en de vier stafleden van de Berg-Stichting die zijn vermoord. Ook de namen van Flora Prins-Hirschel en haar echtgenoot Theodore Prins. 

 

(Huwelijksfoto Flora en Theodore, foto Joods Monument)


4. Meijer (Han na de oorlog) Hirschel (Arnhem 1912- Utrecht 1973) trouwde met Marianne (Mary) Konijn (1911-1998). Mary werkte in de keuken van het Nederlandse Israëlitisch Ziekenhuis (NIZ) in Amsterdam. Meijer en Mary leerden elkaar daar kennen en trouwden 7 juni 1942, de laatste keer dat de familie in zijn geheel bij elkaar was. Ze werden eind 1944 verraden en naar Westerbork gestuurd, waar ze de bevrijding meemaakten. Zij hadden geen kinderen. Mary was een van de eerste diëtisten in Nederland en was destijds een bekende verschijning in de ziekenhuiswereld.

(Meijer [Han] Hirschel in april 1925, foto collectie Heleen van Haaften)

(Schoolfoto HBS Willemsplein mei 1928 met Meijer [Han] Hirschel [zie rode stip derde rij], foto collectie Heleen van Haaften)


5. Jozef Hirschel (1919 -1943). Uit een werkgeversverklaring van 27 november 1942 blijkt dat Jozef van 1936-1942 als assistent- boekhouder werkzaam was bij de NV Industrie-en Handel Mij ILMO, voorheen firma I.L.Mogendorff aan de van Oldenbarneveldtstraat 85 in Arnhem. De verklaring werd afgegeven een week na de grote razzia van 17 november 1942. De familie Hirschel was van moederskant (Mesritz) bevriend met de familie Mogendorff. Bij de tweede grote razzia van 10 december 1942 ontkwam de familie niet aan deportatie naar Westerbork. Daar 'mochten' ze ‘tot nader order’ naar Amsterdam, niet terug naar Arnhem. Alleen Jozef moest in Westerbork achterblijven. Hij werd  doorgestuurd naar Auschwitz en daar vermoord.



 

(Jozef Hirschel, Joods Monument) 

((Stille Hoek voor V&D lente 1931, schoolreisje Godsdienstschool, kinderen staand 1e van rechts Jozef Hirschel, uit Margo Klijn, de Stille Slag, Joodse Arnhemmers 1933-1945, pagina 14) 

6. Henriette (Jetty) Hirschel (1921-2005), in 1940 afgestudeerd als onderwijzeres, werkte in 1941 aan de dan opgerichte 'Joodse' lagere (en ULO) school in de (in 1935 opgeheven en leeggekomen) School XVIII aan Trans 10.


(Jetty Hirschel [rechts} en collega's in 1942 voor de Joodse school aan de Trans 10, foto collectie Heleen van Haaften)

 
Zij dook in 1943 op een reeks van adressen onder in Friesland. Zij kwam in april 1945 terug van haar laatste onderduikfamilie - het predikantengezin Bijlsma - met wie ze in oktober 1944 naar Blokzijl mee verhuisd was. Zij haalde haar spullen op in Friesland en werd met haar broer Meijer en zijn vrouw Mary in het bevrijdde Westerbork herenigd. Jan Waage, de onderduikgever van zus Vera, zorgde ervoor dat ze een baan kreeg in het onderwijs in Zaandam, eerst op de Herman Gorterschool en daarna op de Wilhelminaschool. Jetty richtte in Zaandam in 1959 de Speelman op, een school op voor kinderen met leer- en opvoedingsmoeilijkheden, een ‘lom-school’. Tot 1971 bleef ze daaraan verbonden. Daarna werkte zij in Den Haag op een school voor kinderen met leerachterstanden en bij de Haagse onderwijsbegeleidingsdienst (HCO). Op 62 jarige leeftijd ging ze met pensioen.


(Jetty Hirschel tweede van links op de Herman Gorter School rond 1950, foto Joods Monument Zaanstreek)

 

7. Veronica (Vera) van Haaften-Hirschel (1926-2017) tr. in 1954 met Wouter van Haaften (1905-1979). Vera's lagere school was de lagere Tamboersbosjeschool, tegenover het ouderlijk huis. Op sjabbes ging zij niet naar school, een niet-Joods vriendinnetje bracht haar later het huiswerk. Haar schoolvriendin was de een jaar oudere Fiet van der Heijden (1925), op de foto hieronder zitten zij vooraan naast elkaar in de schoolbank. De vader van Fiet, Abraham van der Heijden (1897-1968) heeft de oorlog overleefd evenals Fiet. Hij was conciërge op het door de bezetter ingestelde Joods Lyceum (1). De moeder van Fiet (Carolina Henriëtte van der Heijden-Kan) overleed in 1941 in Arnhem.

(Tamboersbosjeschool 1933/1934, links vooraan Fiet van der Heijden, rechts Vera Hirschel, collectie familie van der Heijden)

 

Vera ging naar de middelbare school en later naar klas III van het Joods lyceum te Arnhem, dat door de bezetter in 1941 was ingesteld om Joden te isoleren. Zij komt voor op een klasselijst van 1942 op pagina 6 van dit online document: klik op document


(Vera op de arm van haar moeder Naatje rond 1930 voor het huis Brantsenstraat 2, foto collectie Heleen van Haaften)


Vera dook op de Bronbeeklaan onder bij de familie Kraaij-van Erven. Als gevolg van de slag om Arnhem in september 1944 evacueerde het gezin Kraaij met Vera naar Velp en Hilversum. Naarmate de winter vorderde, werd de leefsituatie moeilijker.
De jongste dochter Kraaij kon begin februari 1945 onderdak krijgen bij familie in Zaandam en voor Vera werd een oplossing bij de familie Jan en Guurtje Waage aan de P.L.Takstraat 36 in Zaandam gevonden.
Na de bevrijding hielp Vera bij de Bergstichting in Laren met de opvang van Joodse weeskinderen. De Bergstichting was een algemene instelling voor kinderen uit sociaal-zwakke gezinnen. Haar zuster Floor had er voor de oorlog met haar man Theodore Prins gewerkt en Vera kende de directeur. Tot 1 september kon ze er werken.

Op 15 september 1945 begon Vera de verpleegopleiding in het Juliana Kinderziekenhuis in Den Haag. Ze kon die helaas niet afmaken. In 1954 trad ze in het huwelijk met de gepensioneerde kapitein-luitenant b.d. Wouter van Haaften (Rotterdam, 1905-1979). Het echtpaar kreeg vier kinderen en vijf kleinkinderen.

 

Dank 

Tot zover de familiegeschiedenis van de Hirschels. Van kleindochter Heleen van Haaften, dochter van Vera van Haaften-Hirschel, kregen wij veel informatie en foto's, die in dit artikel opgenomen zijn. Daarvoor zijn we haar zeer erkentelijk. Ook Ad Habets bedanken wij voor zijn verhelderende reconstructie van de verdwenen locatie Brantsenstraat 2. 

 

juli 2023

 

Verwijzing

Op de persoonlijke pagina's van de familie Hirschel is een uitgebreidere versie van dit verhaal te lezen met informatie over de struikelstenen op de Amsterdamseweg 54.

 

Noten

1. In het boek van Margo Klijn staat Abraham van der Heijden op een foto van docenten van het Joods Lyceum gedateerd op 2 juli 1942. In het bijschrift wordt zijn achternaam niet correct gespeld ('Abraham van der Heide'). Zie: Margo Klijn, de Stille slag, Joodse Arnhemmers 1933-1945, pagina 127.

Verhalen

De familie Hirschel van de Brantsenstraat

Peter Jetten

 

Op 12 september 2023 werden 3 struikelstenen gelegd voor de omgekomen Joodse familie Hirschel aan de Brantsenstraat 2. Tien leden (de aangetrouwde meegeteld) werden vermoord, vier overleefden de oorlog. Het huis werd in 2004 afgebroken voor de uitbreiding van het station. Wie waren de Hirschels en waar is hun woning gebleven? We gaan terug in de geschiedenis en beginnen met de woning.


Brantsenstraat 2

Van de Brantsenstraat zijn oude foto's te vinden, ook van het afgebroken deel waar de woning stond. We zetten hieronder een paar foto's op een rijtje, waarop de woning staat afgebeeld. Ad Habets maakte een  reconstructietekening van de precieze locatie van het huis vóór de verlegging van de Amsterdamseweg en de uitbreiding van het spoor in 2004.

(Bouwblok Brantsenstraat voor de oorlog, Brantsenstraat 2-8 werd in 1999 afgebroken voor uitbreiding van het spoor, foto GA) 

(Reconstructie locatie Brantsenstraat 2 geprojecteerd op de huidige situatie, foto Ad Habets augustus 2023)

(Brantsenstraat 2 voor de sloop in 2004, huis met fiets ervoor, foto GA) 

 

De familie Hirschel

Machiel Hirschel (1874-1943) trouwde met Naatje Hirschel-Mesritz (1881-1943) op 19 juni 1907 in Amsterdam. Zij kregen zeven kinderen. De oudste vier worden geboren vóór de Eerste Wereldoorlog, jongste drie na de Eerste Wereldoolog. Hieronder een familiefoto uit 1929 met hun namen.

(familie Hirschel 1929 Brantsentraat 2 te Arnhem met hun namen, foto collectie Heleen van Haaften) 


Het gezin was orthodox Joods en woonde aan de Brantsenstraat 2 in Arnhem (sinds 1918), daarvoor aan de Emmastraat 1 (1908) en de Oeverstraat 66 (1904). De kinderen bezochten het reguliere openbaar onderwijs o.a. de Tamboersbosjeschool (1918-1999) tegenover het huis. Joodse les kregen ze op de Nederlands Israëlitische Godsdienstschool op de Kippenmarkt 1. Machiel Hirschel zat in de schoolcommissie en was van 1921-1933 thesaurier van het Nederlands Israëlitisch Kerkgenootschap in Arnhem. Ook was hij penningmeester van de 'Vereeniging Israëlietisch hulpfonds'. Het echtpaar had zeven kinderen. Rond het begin van de oorlog trouwden er vier: Sara (in 1942), Flora (in 1940), Jeannette (in 1939) en Meijer (in 1942). Drie kinderen woonden nog thuis: Jozef, Jetty en Vera.

 

Op 10 december 1942 werden ze met hun ouders opgepakt en met zijn vijven naar Westerbork gestuurd. Na al een keer ontsnapt te zijn aan een transport, werden zij later door een ‘administratieve fout’ vrijgesteld van deportatie (een ‘Sperre’). Zij mochten ‘tot nader order’ naar Amsterdam. Jozef mocht als enige niet mee, hij werd doorgestuurd naar Auschwitz en daar vermoord.

 

1. Jeannette (Betty) Bont-Hirschel (1908-1944) trouwde in 1939 met Emanuel Bont (1907-1944). Hieronder zijn zij te zien op hun huwelijksfoto.

(Huwelijksfoto Jeanette en Emanuel, foto Joods Monument)

 

2. Sara Lopes Cardozo-Hirschel (1909-1944) werkte en woonde intern als verpleegster in het Nederlandse Israëlitisch Ziekenhuis (NIZ) in Amsterdam trouwde met Lodewijk Lopes Cardozo tekenaar (1910-1945). Zij trouwden op 22 juli 1942, broer Meijer en zijn vrouw Mary waren getuigen. Zij gingen in Rotterdam wonen en kregen 1 kind: Marjolijn (1943- 1944). Er is geen foto bekend van Sara en Lodewijk en hun dochter Marjolijn.

 

3. Flora (Floor) Prins-Hirschel (1911-1943), Hiversum, begeleidster, trouwde op 3 januari 194o met Theodore Prins (1914-1943) ambtenaar opvoedkunde, werkten beiden in Berg Stichting Laren, woonden intern. Het Monument voor de Joodse Kinderen (Laren 2017) vermeldt de namen van de 48 kinderen en de vier stafleden van de Berg-Stichting die zijn vermoord. Ook de namen van Flora Prins-Hirschel en haar echtgenoot Theodore Prins. 

 

(Huwelijksfoto Flora en Theodore, foto Joods Monument)


4. Meijer (Han na de oorlog) Hirschel (Arnhem 1912- Utrecht 1973) trouwde met Marianne (Mary) Konijn (1911-1998). Mary werkte in de keuken van het Nederlandse Israëlitisch Ziekenhuis (NIZ) in Amsterdam. Meijer en Mary leerden elkaar daar kennen en trouwden 7 juni 1942, de laatste keer dat de familie in zijn geheel bij elkaar was. Ze werden eind 1944 verraden en naar Westerbork gestuurd, waar ze de bevrijding meemaakten. Zij hadden geen kinderen. Mary was een van de eerste diëtisten in Nederland en was destijds een bekende verschijning in de ziekenhuiswereld.

(Meijer [Han] Hirschel in april 1925, foto collectie Heleen van Haaften)

(Schoolfoto HBS Willemsplein mei 1928 met Meijer [Han] Hirschel [zie rode stip derde rij], foto collectie Heleen van Haaften)


5. Jozef Hirschel (1919 -1943). Uit een werkgeversverklaring van 27 november 1942 blijkt dat Jozef van 1936-1942 als assistent- boekhouder werkzaam was bij de NV Industrie-en Handel Mij ILMO, voorheen firma I.L.Mogendorff aan de van Oldenbarneveldtstraat 85 in Arnhem. De verklaring werd afgegeven een week na de grote razzia van 17 november 1942. De familie Hirschel was van moederskant (Mesritz) bevriend met de familie Mogendorff. Bij de tweede grote razzia van 10 december 1942 ontkwam de familie niet aan deportatie naar Westerbork. Daar 'mochten' ze ‘tot nader order’ naar Amsterdam, niet terug naar Arnhem. Alleen Jozef moest in Westerbork achterblijven. Hij werd  doorgestuurd naar Auschwitz en daar vermoord.



 

(Jozef Hirschel, Joods Monument) 

((Stille Hoek voor V&D lente 1931, schoolreisje Godsdienstschool, kinderen staand 1e van rechts Jozef Hirschel, uit Margo Klijn, de Stille Slag, Joodse Arnhemmers 1933-1945, pagina 14) 

6. Henriette (Jetty) Hirschel (1921-2005), in 1940 afgestudeerd als onderwijzeres, werkte in 1941 aan de dan opgerichte 'Joodse' lagere (en ULO) school in de (in 1935 opgeheven en leeggekomen) School XVIII aan Trans 10.


(Jetty Hirschel [rechts} en collega's in 1942 voor de Joodse school aan de Trans 10, foto collectie Heleen van Haaften)

 
Zij dook in 1943 op een reeks van adressen onder in Friesland. Zij kwam in april 1945 terug van haar laatste onderduikfamilie - het predikantengezin Bijlsma - met wie ze in oktober 1944 naar Blokzijl mee verhuisd was. Zij haalde haar spullen op in Friesland en werd met haar broer Meijer en zijn vrouw Mary in het bevrijdde Westerbork herenigd. Jan Waage, de onderduikgever van zus Vera, zorgde ervoor dat ze een baan kreeg in het onderwijs in Zaandam, eerst op de Herman Gorterschool en daarna op de Wilhelminaschool. Jetty richtte in Zaandam in 1959 de Speelman op, een school op voor kinderen met leer- en opvoedingsmoeilijkheden, een ‘lom-school’. Tot 1971 bleef ze daaraan verbonden. Daarna werkte zij in Den Haag op een school voor kinderen met leerachterstanden en bij de Haagse onderwijsbegeleidingsdienst (HCO). Op 62 jarige leeftijd ging ze met pensioen.


(Jetty Hirschel tweede van links op de Herman Gorter School rond 1950, foto Joods Monument Zaanstreek)

 

7. Veronica (Vera) van Haaften-Hirschel (1926-2017) tr. in 1954 met Wouter van Haaften (1905-1979). Vera's lagere school was de lagere Tamboersbosjeschool, tegenover het ouderlijk huis. Op sjabbes ging zij niet naar school, een niet-Joods vriendinnetje bracht haar later het huiswerk. Haar schoolvriendin was de een jaar oudere Fiet van der Heijden (1925), op de foto hieronder zitten zij vooraan naast elkaar in de schoolbank. De vader van Fiet, Abraham van der Heijden (1897-1968) heeft de oorlog overleefd evenals Fiet. Hij was conciërge op het door de bezetter ingestelde Joods Lyceum (1). De moeder van Fiet (Carolina Henriëtte van der Heijden-Kan) overleed in 1941 in Arnhem.

(Tamboersbosjeschool 1933/1934, links vooraan Fiet van der Heijden, rechts Vera Hirschel, collectie familie van der Heijden)

 

Vera ging naar de middelbare school en later naar klas III van het Joods lyceum te Arnhem, dat door de bezetter in 1941 was ingesteld om Joden te isoleren. Zij komt voor op een klasselijst van 1942 op pagina 6 van dit online document: klik op document


(Vera op de arm van haar moeder Naatje rond 1930 voor het huis Brantsenstraat 2, foto collectie Heleen van Haaften)


Vera dook op de Bronbeeklaan onder bij de familie Kraaij-van Erven. Als gevolg van de slag om Arnhem in september 1944 evacueerde het gezin Kraaij met Vera naar Velp en Hilversum. Naarmate de winter vorderde, werd de leefsituatie moeilijker.
De jongste dochter Kraaij kon begin februari 1945 onderdak krijgen bij familie in Zaandam en voor Vera werd een oplossing bij de familie Jan en Guurtje Waage aan de P.L.Takstraat 36 in Zaandam gevonden.
Na de bevrijding hielp Vera bij de Bergstichting in Laren met de opvang van Joodse weeskinderen. De Bergstichting was een algemene instelling voor kinderen uit sociaal-zwakke gezinnen. Haar zuster Floor had er voor de oorlog met haar man Theodore Prins gewerkt en Vera kende de directeur. Tot 1 september kon ze er werken.

Op 15 september 1945 begon Vera de verpleegopleiding in het Juliana Kinderziekenhuis in Den Haag. Ze kon die helaas niet afmaken. In 1954 trad ze in het huwelijk met de gepensioneerde kapitein-luitenant b.d. Wouter van Haaften (Rotterdam, 1905-1979). Het echtpaar kreeg vier kinderen en vijf kleinkinderen.

 

Dank 

Tot zover de familiegeschiedenis van de Hirschels. Van kleindochter Heleen van Haaften, dochter van Vera van Haaften-Hirschel, kregen wij veel informatie en foto's, die in dit artikel opgenomen zijn. Daarvoor zijn we haar zeer erkentelijk. Ook Ad Habets bedanken wij voor zijn verhelderende reconstructie van de verdwenen locatie Brantsenstraat 2. 

 

juli 2023

 

Verwijzing

Op de persoonlijke pagina's van de familie Hirschel is een uitgebreidere versie van dit verhaal te lezen met informatie over de struikelstenen op de Amsterdamseweg 54.

 

Noten

1. In het boek van Margo Klijn staat Abraham van der Heijden op een foto van docenten van het Joods Lyceum gedateerd op 2 juli 1942. In het bijschrift wordt zijn achternaam niet correct gespeld ('Abraham van der Heide'). Zie: Margo Klijn, de Stille slag, Joodse Arnhemmers 1933-1945, pagina 127.

 

Locatie Joods Monument Arnhem:
Kippenmarkt/Jonas Daniël Meijerplaats